Citaat 76

Willem Jan Otten

Wat kan er in ´s hemelsnaam tragisch worden aan iemand die alleen maar draagt?

Specht en zoon (2004)


In deze Libris-prijswinnende roman heeft een schilderij het woord. Het verhaal begint met het einde: vlammen laaien op in het atelier en een tragisch slot wordt gevreesd. Tragisch? Kan het einde van een doek tragisch zijn? Een doek is alleen maar de drager van de creatie van een schilder.
Willem Jan Otten heeft in deze roman een metafoor gebruikt om de verhouding tussen God en de mens inzichtelijk te maken: hij beschrijft de relatie tussen een schilder en zijn schilderij. Hij stelt de mens voor als een drager, een canvas, dat leeg en wit is en door de verbeelding van God kan worden ingevuld. Kan ons leven tragisch zijn als wij door God zijn geschapen?
Het antwoord volgens de auteur is ‘ja’. Tijdens ons leven kunnen we vergeten dat we alleen drager zijn. We kunnen samenvallen met de afbeelding die op ons is geschilderd en belangrijker: ook anderen kunnen vergeten dat we slechts een afbeelding zijn. Er kan oprecht van ons gehouden worden en waar liefde mogelijk is, wordt tragedie geboren.


terug naar overzicht
vorige citaat
volgende citaat