Citaat 54
Jean-Paul
Sartre |
De kern van Sartre’s existentialisme is dat de existentie van de mens vooraf gaat aan zijn essentie. Daarmee bedoelt hij dat een mens geboren wordt, voordat het doel van zijn of haar leven vastligt. Deze opvatting gaat voor Sartre samen met de ontkenning van God. Als er een God zou zijn, zou hij de mens met een bepaald doel voor ogen geschapen hebben, zoals een fabrikant een briefopener ontwerpt met het idee dat het later brieven kan openen. De mens zou een wezen hebben en voorbestemd zijn bepaalde dingen te zeggen of te doen. Sartre verwerpt dit idee en zegt dat de mens vrij is. Alleen in een wereldopvatting zonder God kan de mens meer zijn dan een object en uitstijgen boven de functionaliteit van een briefopener. |
terug naar overzicht citaten |