Roland Holst Huis – Bergen (3)
Met zon verwelkomd en door regen ingewijd. De tweede dag in Bergen is grijs. De duinen en bossen waardoor ik word omringd en waar ik gisterenavond al verlangend naar loerde moeten wachten op mijn verkenning. Zelfs het boodschappen doen in De Garve, de natuurwinkel zo’n honderd meter verderop, stel ik uit. Ik ben liever een ochtend hongerig dan dat ik me door deze plensbuien jaag. Hoewel ik ben opgegroeid in regenpak en kaplaarzen met windkracht vijf in het gezicht, ben ik er in Parijs gewend aan geraakt voor de regen te schuilen. Slecht weer trotseren doet men in Nederland, elders gaat men het uit de weg.
Vandaag zit ik boven te schrijven. Het huis heeft een groot bureau beneden en een klein kamertje op de eerste verdieping met een tweede bureau. Mijn verstand schreeuwde dat ik beneden moest gaan zitten met uitzicht op de tuin. Mijn instinct fluisterde dat het boven met een dichte deur wel erg knus kon worden. Het geluid van de regen houdt me gezelschap.
Hoeveel liter water zou er trouwens op dit dak vallen wanneer het KNMI over 7 mm neerval spreekt? Het huis moet er tegen bestand zijn, al hoorde ik net de douche gorgelen (is de afvoer van regenwater verbonden met het riool?) en klinkt er sinds een paar minuten een verdacht getik boven mijn hoofd (regenwater dat door de rieten bedekking dringt en op de platen eronder terechtkomt?). Ik haal mijn schouders erover op, want meer kan ik toch niet doen en duik opnieuw in mijn roman.