Herhaaldelijke blootstelling (Ibiza 2010)
Begin juli vlogen mijn man en ik voor het derde achtereenvolgende jaar naar Ibiza.
Rond middernacht werden we vanaf het vliegveld in een jeepachtig voertuig genaamd Betsy opgehaald door MD, de chef en regelneef van Huize Henry. Hij reed ons linea recta naar KM5 waar een deel van de crew 2010 bij de orkabar op ons wachtte.
Omdat de villa waarin we logeren direct gelieerd is aan een opnamestudio, verblijven er ieder jaar andere muzikanten en songwriters. Dit jaar maakte ik kennis met een blonde krullenbol en Australiër, die zijn debuutalbum aan het opnemen was en met de Spaanse engineer die eerder achter de knoppen zat voor Michael Jackson. Verder liep er nog een Amerikaanse vriend van MD rond, die later in de armen zou belanden van de Russische Schone uit Zweden, die pas een week later zou arriveren. Te midden van dit zooitje ongeregeld dronken we onze eerste cocktails.
De avond zette de toon voor de rest van de vakantie, die overigens pas echt begon toen onze vrienden uit Stockholm en Rotterdam arriveerden. Overdag reden we met de Mini naar het strand, waar we onder de parasol lagen en zwommen in het kwallenvrije water van de Middellandse Zee. ’s Avonds aten we in de ons bekende restaurants en bestelden we onze favorieten van nimmer veranderende menukaarten: zeewiersalade bij Bambuddha, biologische salade bij La Paloma, vegetarische tapas bij Destino. En in de tussentijd hingen we op het terras voor het huis rond, zogenaamd om te roken en te wachten, maar toch vooral om te lachen en elkaar te leren kennen.
Wat me de eerste twee jaar zo gestoord had (de bevlooide katten, de stinkende handdoeken, de stapels vaat) bleek overkomelijk, want ik had ervoor gezorgd dat onze slaapkamer een deur kreeg en had eigen handdoeken en lakens meegenomen. En de vaat? Ach, als je niet in de keuken kwam, zag je niets en in de Spaanse hitte had je zelden honger.
Er waren nachten waarop we Rebeka Brown’s Disco Drama bezochten @ Amnesia en backstage met de dansers flirtten. En er waren nachten waarop de motor van Betsy het begaf en we, wachtend op een taxi, stijve nekken kregen van het turen naar de sterren. Daarnaast waren er dagen waarop we bij Sa Caleta gemasseerd werden, het Nederlandse team in een oranje gekleurde Blue Marlin van Spanje zagen verliezen, naar zonsondergang keken bij Es Vedra en giechelden door te veel Sangria de Cava.
Na mijn eerste verblijf op Ibiza beweerde ik: ‘Dit eiland is niets voor mij.’ Na mijn tweede bezoek vond ik dat we het jaar erop beslist ergens anders naartoe moesten. En nu hoop ik dat we er volgend jaar langer kunnen blijven dan twee weken. Na herhaaldelijke blootstelling aan Ibiza ben ook ik verliefd geworden.